Gang naar het gemeentehuis was een keerpunt in de loopbaan van Maudie Derks, ondernemer in sociale zekerheid
Zodra Maudie Derks (50) voor het gemeentehuis poseert, verzamelt zich een groep nieuwsgierigen bij het winkelcentrum. Een van hen, een man van een jaar of zestig, schuifelt voorzichtig dichterbij en vraagt tenslotte quasi-nonchalant of het ‘om de mode’ gaat. ‘Of is het soms de wijnkoningin?’ In Groesbeek is op een doodeweekse middag meestal niks te beleven en het pakweg tien jaar oude gemeentehuis is voor de meeste toeristen niet interessant.
Derks is geboren en getogen in Groesbeek. Haar vader was er leraar Duits op de mavo, haar moeder werkte bij een zorgverzekeraar. Deze plek symboliseert voor Derks het moment waarom ze als 21-jarige, na haar studie aan de heao in Anrhem, op een bijkantoor van het vroegere gemeentehuis de formulieren voor een WW-uitkering moest inleveren. ‘Ik vond het raar dat ik een uitkering zou krijgen terwijl ik nog helemaal niet gewerkt had, maar volgens mijn vader kon ik er niet onderuit,’ zegt ze. ‘Omdat ik meteen via een uitzendbureau een tijdelijk baantje had kunnen krijgen, kon ik op die formulieren aangeven dat ik er helemaal geen hoefde.’ Inmiddels heeft Derks een bedrijf dat zich bekommert om mensen met flexibele arbeidscontracten die in de ziektewet belandden, Acture, goed voor een omzet van 55 miljoen euro en een winst zo’n drie miljoen. ‘Maar winst is een plat gegeven. Het gaat erom dat we jaarlijks 70.000 mensen helpen en de samenleving zo’n twintig miljoen euro aan uitkeringen besparen. Wij zijn de grootste, wij doen op dit gebied meer dan het UWV.’
De afgelopen dertig jaren heeft Derks wel een hele carrière gemaakt. Dat eerste uitzendbaantje leidde binnen drie maanden tot een vaste baan bij het Europese reparatiecentrum van computerbedrijf Digital. Daarna ging ze aan de slag bij een producent van schoonmaakmachines, waar ze onder meer verkooptrainingen gaf. ‘Ik had daar geen ervaring mee, het was allemaal bluf, maar ik kon het! Een groep mannen van in de veertig gaat muiten als ze het niet leuk vinden. Ik streefde ernaar dat ze me na afloop spontaan een cadeautje gaven, want dan had ik het goed gedaan.’
‘Pas toen ik een jaar of dertig was, besloot ik een baan te zoeken die echt bij me paste. Ik kwam uit bij Randstad: zakelijke dienstverlening, het heeft te maken met werk, verschillende omgevingen, professioneel, dat leek me geweldig. Ik belde om te zien of ze me leuk vonden. “Nee!, we hebben geen vacatures”, luidde het antwoord. Maar ik bleef terugbellen en wist de secretaresse voor me te winnen, zodat ik uiteindelijk degene te spreken kreeg die erover ging. Ik mocht langs komen, en dat werd een erg leuk gesprek. Ik kon aan de slag als vestigingsmanager.’
Binnen enkele jaren klom Derks op tot regiodirecteur, maar ze verliet Randstad in 2004 om een jaar later haar eigen lokale uitzendbureau Maxflex op te richten. ‘Ik kon niet doorgroeien, terwijl ik dat wel wilde’, legt ze uit. ‘De directie van Randstad Nederland zou de volgende stap geworden zijn. Natuurlijk had ik kunnen blijven, en blijven doen wat ik deed, maar wachten ligt niet in mijn aard. Dan vind ik het leuker om voor mezelf te beginnen. Of het een tegenvaller was? Het is natuurlijk nooit leuk als anders iets anders voor je beslissen, maar het gaat er niet om dat het zo ís, het gaat erom hoe je ermee omgaat. Het enige dat me tegenviel was te merken hoe duur het was een eigen auto te kopen. Bij Randstad had ik een lease-auto, een Volvo V70. Daarna heb ik lang rondgereden in een tweedehands VW Polo, mét Maxflex-belettering.’ Inmiddels rijdt ze in een zwarte BMW Cabrio uit de 4-serie.
Derks zit op het standbeeld van drie kinderen, een van de beelden spuugt af en toe een grote boog water uit. Een jongetje probeert uit hoe dichtbij hij kan komen zonder al te nat te worden. Als een plets water zijn schoenen raakt, kijkt hij steels of zijn moeder het heeft gezien. Niet dus, en hij zet nog een stapje verder. Derks, zelf moeder van drie kinderen, kijkt er met genoegen naar.
Via haar uitzendbureau leerde Derks de problematiek van de eigen-risicodragers kennen, bedrijven die er de voorkeur aan geven hun flexwerkers bij ziekte ook door te betalen als de arbeidscontract is afgelopen. Acture neemt dat eigen risico over en zorgt ervoor dat mensen zo snel mogelijk weer aan de slag kunnen. ‘Je moet vanaf de eerste dag dat ze in de ziektewet belanden, contact leggen met de mensen, en je moet contact houden. Het is geen rocket science, maar het is moeilijk om het vol te houden. Je moet het initiatief blijven nemen, want er zijn gewoon mensen die niets doen als je zelf geen actie onderneemt. Je hebt wat wij het Lourdes-effect noemen: tegen de tijd dat de uitkering afloopt, blijken veel mensen ineens weer te kunnen werken. Er treedt een boven-significant herstel op, alle verzekeraars zullen dat herkennen.’
Derks is nog steeds volledig eigenaar van Maxflex, maar ze besteedt al haar tijd aan Acture. Er werken ongeveer zestig mensen. Op de vraag of het leuk is om mensen constant achter de broek te zitten, zegt ze: ‘Het gaat om mensen met een tijdelijk contract die geen werkgever meer hebben. Als wij ze niet bellen, is er niemand die zich om hen bekommert. Als je beter bent, kun je ander werk zoeken. En werk betekent dat je als mens erkend en herkend wordt. Onderdeel uitmaken van een systeem en daar beloond voor worden, en dat hebben wij toevallig werk genoemd, is een bewijs dat je er als mens bent. Het voorkomt dat je in een sociaal isolement raakt.’
Als na de fotosessie het gesprek wordt voortgezet op een terras aan de rand van Groesbeek, komt het onderwerp basisinkomen ter sprake. ‘Ik heb er niet zo over nagedacht, maar het is een interessante gedachte. Het is een soort herverdeling van inkomen. We hebben een enorm systeem met allerlei uitkeringen opgetuigd, maar met een basisinkomen geef je het iedereen. En dat is het dan. Het is in sommige opzichten hetzelfde als vlaktax.’
Op een straat achter zich wijzend, zegt Derks: ‘Daar begint de Zevenheuvelenweg, waar de Vierdaagse altijd langs voert. Kijk, iedereen kan wandelen, maar tijdens de Vierdaagse voelen deelnemers zich allemaal een held, want je wordt de hele weg toegejuicht. Hoe vaak overkomt je dat? Het is dezelfde support die Acture geeft.’
Bron: Financieel Dagblad, tekst: René Bogaarts, foto: Mark Horn